Missie bergdorp 1 - Gorhka district



Het is zondag en we gaan samen met een taxichauffeur en iemand van Paddle Nepal in een bescheiden (lees klein, ten grote van een Subaru jumbo) formaat naar de lokale markt om 58 warme dekens te scoren waarvan we een groot gedeelte de volgende dag zullen gaan brengen aan het eerste bergdorp. Een grote uitdaging om met vier mensen en zo’n hoeveelheid dikke dekens in een ienieminie autootje door de straten van Nepal te rijden met onze wangen tegen het raam aangedrukt. De andere goederen zoals 900 kilo rijst, 75 kilo dahl, 50 kilo zout, 20 kilo currypoeder en 10.000 koekjes worden door de leverancier direct naar de opslag gebracht om de volgende morgen klaar te liggen om ingeladen te worden.

Vol ontroering glibberen wij over het modderige paadje naar beneden als wij op uitnodiging bij Dille en zijn familie op bezoek zijn geweest en daar dahlbad (traditioneel gerecht met rijst, kip en een soort soepje van linzen en specerijen) hebben gegeten welke door zijn vrouw is klaargemaakt. Het is stilmakend om te voelen en ervaren hoe de meeste nepaleze mensen, en zo ook Dille en zijn familie, weinig tot niets hebben maar vanuit hun hart willen delen en geen nee dulden als antwoord.

Onze wekker gaat zondag om 05.00 uur en we staan vol enthousiasme en nieuwsgierigheid op. Vandaag gaan we naar het eerste bergdorp! Eerder hebben we afgesproken dat we worden opgehaald met een jeep waarin en waarop alle goederen meevervoerd zouden worden, maar tot onze verbazing komt een grote bus (zoals wij een bus van bijvoorbeeld connexion kennen) ons ophalen en deze ligt geheel volgestouwd met alle goederen. Wauw! We rijden zo’n 4 uur naar een afgelegen plaatsje waar we een groot gedeelte van de goederen en zo ook alle kleding en Engelse prentenboeken overhevelen in een jeep. We rijden nog eens zo’n 1 uur stijl en slingerend over iets wat voor een weg door zou moeten gaan, maar door de enorme hoeveelheid puinsteen en kuilen in de weg slingeren we als twee crashdummies door de jeep heen. Dit is toch echt wel de meest gevaarlijke weg die wij ooit bereden hebben en we zitten dan ook met klotsende oksels naast de chauffeur en zien hoe hij behendig de jeep over de bergpas heen rijdt.

We draaien de laatste bocht door en zien een van versgemaakte bladeren haag staan met daaraan een bord met ‘Welcome to our village’ en als we we verder kijken staat het complete dorp (zo’n 100 mensen) vol verwachting en groetend op ons te wachten. Verlegen kinderen in gescheurde kleding en met snottebellen aan hun neus, mensen met gezichten waaraan goed af te lezen is dat zij veel buiten leven door de groeven in de gebruinde huid en grinnekende pubermeisjes met zelfgemaakte bloemenkransen. Zodra we uit de auto stappen worden we omringd en welkom geheten door de dorpoudste waarbij hij zijn handen gevouwen op zijn voorhoofd legt en Namaste zegt en we krijgen direct de kleurrijke bloemenkransen om ons nek heen gehangen. Even is er een kleine verwarring, want wanneer een prachtig meisje aan komt lopen met een schaal witte rijst en deze voor Jeroen houdt denkt Jeroen dat hij er een hapje van mag eten. Het meisje lacht verlegen en doordat het gehele dorp zijn/haar ogen op ons heeft gericht klinkt deze lach als een golf door de interessante menigte. We krijgen een flinke stip van een paar rijstkorrels aan het einde van onze neus, tussen onze ogen geplakt en daarna krijgen we een fel helder rode stip met een vinger ergens op ons hoofd gedrukt. Verbouwereerd en met overgave ontvangen wij het warme welkom waardoor wij ons als een opgelaten koning en koningin voelen. Gretig en behendig worden alle goederen door een ieder uit de jeep geladen en wanneer we gezamenlijk naar een binnenplaats lopen waar alle kinderen gesommeerd worden om twee rijen te maken van klein naar groot, zien we dat alles al gesorteerd en opgestapeld ligt om eerlijk verdeeld te worden. Om de twee rijen van de kinderen is een kring gemaakt van alle dorpsleden en kwebbelend vol verwachting kijken zij rond en naar Jeroen en mij. Er wordt ons verteld dat wij nu de kinderen 1 voor 1 een set kleding mogen gaan geven rekening houdend met de maat. We pakken onze vier grote tassen met gedoneerde kleding uit en beginnen aan onze taak om in de bergen met kleding de juiste maat tshirt, broek en vest/trui of jas te vinden. Gelukkig worden wij geassisteerd door een paar mannen die praktisch ingesteld zijn waardoor sommige jongetjes weglopen met een roze broek, een lila glimmend tshirt en sloffen met daarop de tekst girl. De kinderen vouwen hun armen stevig om de nieuwe kleding heen alsof het het meest kostbare wat ze ooit hebben gekregen en het ook nooit meer los zullen laten. Door de verlegenheid heen zien we op de gezichtjes een kleine glimlach verschijnen wanneer zij als eerstvolgende in de rij aan de beurt zijn.

Na ruim twee uur in de brandende zon, zoekend en met het oog metend of de kleding past, zien we dat het einde van de twee rijen in zicht is en de uitdaging om nu nog passende kleding te vinden voor de laatste grote kinderen is de grootste, maar het lukt. Het dorp begint te klappen en we beginnen aan de volgende uitdeelronde namelijk een deken voor elk gezin met daarbij een dosis koekjes. De dorpoudste roept 1 voor 1 de namen van de gezinnen op waardoor er iemand in de kring opstaat en de deken en koekjes komt ontvangen.

Wanneer de dekens en de koekjes zijn uitgedeeld besluiten we gezamenlijk dat de rijst, het zout, de dahl en de currypasta (welke in grote hoeveelheden zijn verpakt) op een later moment door de dorpoudste zal worden verdeeld. De kinderboeken, het speelgoed en de puzzels zullen worden vervoerd naar de school waar niet alleen de kinderen uit dit dorp naar toe gaan, maar ook de kinderen uit de omliggende dorpen. Helaas kunnen wij geen bezoek brengen aan de school, want het is vakantie vanwege het grote festival en het ligt zo’n 300 meter klimmen op een naastliggende berg.

We worden meegenomen naar het huisje van de opa en oma van het dorp en nemen plaats in de heerlijke schaduw om vervolgens een tinne beker met versgemaakte buffalo melk, waarin grote klonten en ondefinieerbare stukjes drijven, te ontvangen en met samengeknepen billen op te drinken. Opa is een aandoenelijke man die graag een grapje maakt en er alles aan doet om het ons naar ons zin te maken door wildgebarend met zijn handen en voeten verhalen te vertellen, een guave (een zoete en heerlijke fruitsoort) schoon te maken met een kapmes die ruim 30 centimeter groot is en ons de huisgemaakte alcoholische ‘champagne’ probeert aan te smeren waarbij hij met zijn glinsterende kleine kraaloogjes in een keer een soepkom met deze lekkernij naar binnen gooit. Als klap op de vuurpijl krijgen we een flink bord met rijst, kip, dhal en verse gezouten spinazie en we eten dit feestmaal gezamenlijk op.

Een paar weken geleden ben ik in het archeon geweest en de gelijkenis met de sectie middeleeuwen is groot. De bescheiden huisjes gemaakt van leem, stro en bergstenen, de kampvuurtjes, de rondscharrelende kippen en kinderen die met alle macht en met hun tong uit hun mond een houte cirkelachtige vorm en een stokje proberen hun persoonlijke record te verbreken door deze over de puinstenen voort te rollen en de vrouwen die bedrijvig heen en weer lopen met pannen, borden en de was die ze zojuist op een steen hebben gewassen met water uit het beekje.

Langzaam lopen we terug naar de jeep terwijl we worden uitgezwaaid door het dorp en we voelen de vreugde en de blijdschap resoneren in de lucht terwijl men met een glimlach, zwaaiend en met de direct aangetrokken nieuwe kleding achter ons aan loopt. Eenmaal zittend in de jeep blazen we zuchtend diep uit en kijken we elkaar even diep in de ogen aan, want dit was een hele bijzonder en intense ervaring die wij dankzij jullie donaties hebben mogen ervaren.

We rijden naar de bus, stappen over om op weg te gaan naar onze slaapplaats voor de komende drie dagen, namelijk een camping aan de andere kant van de rivier waar we alleen maar kunnen komen door plaats te nemen in een zelfgefabriceerd gondeltje die met de hand bediend moet worden door de kabel naar achter te trekken waardoor je na elke haal een meter vooruit komt. Eenmaal aan de andere kant zien we ons knusse tentje staan en ploffen we neer op een houte bankje met het idee dat we even de tijd hebben om stil te staan bij alles wat we vandaag hebben meegemaakt. Niets is minder waar, want uit het niets staan er op eens een groep vrouwen met kinderen om ons heen. Het blijkt dat zij speciaal uit het tweede bergdorp, wat wij morgen zullen bezoeken, 2 uur naar beneden zijn komen lopen om ons welkom te heten met versgemaakte bloemenkransen en ook een mooie rode stip op het voorhoofd. Jeetje, wat zijn de mensen dankbaar door onze komst en de donaties. Zo dankbaar dat we ons een beetje ongemakkelijk voelen en het soms lastig vinden om een geschikte houding aan te nemen waarbij we de traditionele gebruiken en gebaren natuurlijk niet willen ondermijnen.

Na een heerlijke douche en vol met indrukken, nederig en moe kruipen we onze tent in om als een blok in slaap te vallen met het vooruitzicht dat we de volgende dag naar het tweede bergdorp zullen klimmen en hoogst waarschijnlijk weer een dosis nieuwe indrukken zullen opdoen.